Door op 18 augustus 2016

#PvdAZomertour Transvaal: “Klein land, kleine problemen”

De mannen op het bankje voor de ingang van verpleeghuis WZH Transvaal aan de Natalstraat hebben het mooi bekeken. Op een warme zomerse dag zoals vandaag is het een goede plek om in de schaduw het nieuws door te spreken: “Verschrikkelijk, de beelden van vanochtend uit Syrië”. Sommigen wonen in het verpleegtehuis, anderen komen uit Leidschenveen of zelfs Delft. Gewoon, voor de gezelligheid. Daarmee maakt het verpleegtehuis haar inloopfunctie waar: een plek waar mensen elkaar kunnen ontmoeten.

We lopen rond het verpleegtehuis en vragen ons af wat er gaat gebeuren met het stuk braakliggende terrein waar nu hoog gras groeit. Nieuwe woningen? Een park? We vragen het aan twee jongens die genieten van de zon. Ze blijken uit Bulgarije te komen en te werken in een fabriek: van 8 uur ’s ochtends tot 8 uur ’s avonds, zes dagen per week. Vandaag is hun enige vrije dag. Dan weer zes dagen aan het werk. Maar wat er gaat gebeuren achter ze, op het braakliggende terrein? Geen idee. Er blijft erg weinig tijd over om je te verdiepen in de wijk als je zo veel werkt.

We spreken een moeder aan de Morgenzonlaan die sinds een jaar in de buurt woont, met veel plezier. Het is dichtbij haar ouders, dichtbij de markt, dichtbij het centrum, ideaal. Ze heeft gelijk, de buurt ligt er mooi bij. Er is veel nieuwbouw, deels gerestaureerde woningen, mooie bestrating en bloemenperkjes. Wel mist ze een speeltuin in de buurt voor haar kinderen. Die is er eigenlijk niet. Ook zij wijst op het braakliggende stuk grond: ooit was er een trapveldje. Nu willen ze dat er weer van maken, maar blijkbaar was er geen geld meer bij de gemeente voor een fatsoenlijke speeltuin. Jarenlang ligt het nu braak: “onbegrijpelijk”.

In de Scheepersstraat drinken we wat bij een pas geopend café. De uitbater is in 1986 vanuit Turkije naar Nederland gekomen en heeft een flinke loopbaan achter zich: glasvezelkabels aanleggen, in de kassen gewerkt, verschillende horecazaken gehad. In zijn nieuwe zaak is het nog niet zo druk: “Maar, volgende week wel. Dan is de vakantie voorbij.” De afgelopen dagen heeft hij de rookruimte van de niet-rokenruimte gescheiden, de klus is af. “Al die regeltjes”, verzucht hij, “je let even niet op of er staat hier weer politie binnen.”

Hij woont vlakbij het café en vindt het fijn wonen in Transvaal. Hij maakt zich alleen wel zorgen om Oost-Europeanen die met velen in kleine appartementjes wonen. Maar echt druk maakt hij zich er niet om, in Turkije zijn de problemen groter. Of zoals hij zelf relativerend zegt: “Turkije is een groot land, grote problemen. Nederland is een klein land, kleine problemen.”

 

Waar ben je naar op zoek?