De PvdA, VVD en Haagse Stadspartij roepen op om de steunpakketten van het Rijk voor de culturele sector goed te besteden, zodat het geld terecht komt bij Haagse makers en artiesten. Twee weken geleden presenteerde de Rijksoverheid een tweede steunpakket van €482,- miljoen om de gevolgen van de coronacrisis voor de culturele sector, specifiek artiesten en makers, op te vangen. €150,- miljoen wordt beschikbaar gesteld aan gemeenten. Goed nieuws, stellen Bülent Aydin (PvdA), Det Regts (VVD) en Peter Bos (HSP), maar het is wel zaak dat dit geld goed wordt besteed. Aydin: “De komst van het tweede steunpakket van het Rijk was broodnodig, want de culturele sector wordt enorm hard getroffen door de coronacrisis. En juist bij de artiesten en makers staat het water aan de lippen. We zijn dan ook ontzettend blij dat het Rijk nu te hulp schiet, maar het maakt de besteding van geld des te belangrijker: we moeten zorgen dat het geld echt terecht komt bij al die mensen die de Haagse cultuursector zo mooi en levendig maken, maar die het nu ook zo zwaar hebben.”
Daarom stellen de drie fracties schriftelijke vragen om zo duidelijkheid te krijgen over de besteding van het geld uit de steunpakketten. Zo willen de partijen weten hoe groot het bedrag is dat de gemeente Den Haag ontvangt, hoe dit geld wordt besteed en of dit geld ook daadwerkelijk ten goede komt van Haagse makers en artiesten. Regts: “Het is enorm goed nieuws dat het Rijk met een nieuw steunpakket is gekomen om de culturele sector te ondersteunen. Lokale artiesten en kunstenaars maken de Haagse cultuur en verdienen alle hulp die ze nodig hebben. We moeten ervoor zorgen dat het geld uit de steunpakketten goed wordt ingezet, daarom is het belangrijk dat de raad op de hoogte is hoe het wordt besteed.”