Gemeentebestuur kiest voor marktwerking Wmo, PvdA niet
Ook voor 2017 kiest de gemeente Den Haag tot grote spijt van de PvdA weer voor een ongebreidelde wirwar aan zorgaanbieders. De PvdA stelde voor dat cliëntenorganisaties, welzijnsorganisaties en het wijkteam per stadsdeel vijf of zes zorgaanbieders kunnen kiezen met wie ze de beste ervaringen hebben en het beste kunnen samenwerken. Op die manier hebben Hagenaars gezamenlijk meer zeggenschap over de zorg in hun wijk. Hierdoor zien mensen die zorg nodig hebben in één oogopslag welke zorgaanbieders het beste zijn in hun wijk, maar kunnen ze ook voor een van de andere zestig aanbieders kiezen als ze dat willen.
Helaas stemde de gemeenteraad tegen dit voorstel en kwam de wethouder dit voorstel niet tegemoet. Hiermee de kans om te komen tot écht goede zorg dichtbij, geworteld in de wijk, herkenbaar en vertrouwd, waarbij verschillende organisaties goed met elkaar samenwerken nog eens drie jaar uitgesteld.
Vandaag sprak de gemeenteraad over de inkoop van de huishoudelijke hulp, dagbesteding en begeleiding (Wmo). De gemeente koopt deze voorzieningen in bij verschillende zorgaanbieders. Momenteel doet de gemeente zaken met meer dan zestig aanbieders.
Sinds de gemeente in 2015 verantwoordelijk is voor de Wmo was het plan dat gekozen zou worden voor wijkzorg: goede zorg dichtbij mensen, herkenbaar en vertrouwd. Nu moeten Hagenaars die hulp nodig hebben zich door een ellenlang digitaal formulier heen worstelen, waarna ze moeten kiezen uit tientallen verschillende aanbieders waarvan het niet duidelijk is wat voor kwaliteit ze bieden of wat voor binding ze hebben met de wijk. Dit is niet alleen vervelend voor mensen die niet kunnen of willen kiezen uit zoveel verschillende aanbieders en daardoor keuzestress ervaren, maar ook wijkteams en welzijnsorganisaties moeten nu contact onderhouden met zestig verschillende zorgaanbieders: iets wat niet ten goede komt aan onderlinge samenwerking.