Acht Haagse fracties van de gemeenteraad hebben de handen in een geslagen met betrekking tot het Haags koloniaal en slavernijverleden. Op initiatief van NIDA hebben NIDA, HSP, PvdA, PVDD, ID, GroenLinks, SP en CDA gezamenlijk een initiatiefvoorstel ingediend in theater Diligentia. Theater Diligentia is de plek geweest waar de eerste gesprekken zijn gehouden om slavernij af te schaffen. Het voorstel is ingediend om het Haags koloniaal en slavernijverleden een plek te geven in onze stad. Het voorstel is een aanscherping van en aanvulling op het eerdere onafhankelijke ‘Advies herdenking slavernij’ en het nieuwe coalitieakkoord.
Het voorstel
In het initiatiefvoorstel vragen de acht fracties het college o.a. om een (wetenschappelijk) onderzoek te doen over het koloniale en slavernijverleden van Den Haag en de (migratie)geschiedenis van de gemeenschappen uit (voormalige) koloniën die in Den Haag woonachtig zijn.
Verder vragen de fracties om formele excuses voor de rol in en bijdrage van Den Haag aan het koloniaal en slavernijverleden en willen zij twee slavernijmonumenten die eer doen aan zowel het Trans-Atlantische koloniaal en slavernijverleden als aan het Indisch-Oceanische koloniaal en slavernijverleden. Tot slot vragen de fracties om structurele aandacht en facilitering van afzonderlijke herdenkingen en vieringen zoals 25 april (onafhankelijkheid Republiek der Zuid-Molukken), 5 juni (Hindoestaanse migratie), 1 juli (Keti Koti), 9 augustus (Javaanse migratie) en 17 augustus (zowel Tula als de onafhankelijkheid van Indonesië).
Waarom dit voorstel?
Cemil Yilmaz, fractievertegenwoordiger van NIDA legt uit waarom: “Het wordt tijd om als internationale stad van vrede en recht in het reine te komen met ons verleden en voorop te gaan in de bewustwording op welke wijze ons verleden doorwerkt in het heden en onze toekomst. Wij kunnen als Den Haag waar zo gemeenschappen uit (voormalige) koloniën woonachtig zijn, niet meer achterblijven”, aldus Yilmaz.
Robin Smit, gemeenteraadslid PvdD vult aan: “Slavernij is helaas een onderdeel van de Haagse geschiedenis. We kunnen die geschiedenis niet meer wissen, maar we kunnen er wel op terugkijken en uitspreken dat we die onderdrukking van mensen nooit meer willen in onze stad van Vrede en Recht.”
Mikal Tseggai, die eerder het initiatief nam voor een slavernijmonument en Keti Koti herdenking in Den Haag, is blij met de aanvullingen die in dit initiatiefvoorstel staan. “Het Nederlandse slavernijverleden werd voor een groot deel in Den Haag bepaald en aangestuurd. Juist hier is het dus belangrijk dat we meer context geven aan de Gouden Eeuw en onze geschiedenis compleet weergeven.”
Ook in het onderwijs zal volgens Rick Hoefsloot, fractievertegenwoordiger van de SP, voldoende aandacht moeten zijn voor Haagse slavernijverleden. “Met dit voorstel brengen we het slavernijverleden dichtbij en geven we leraren de mogelijkheid om het Haagse slavernijverleden te bespreken in de klas. Zo leren we van onze geschiedenis zodat we samen verder kunnen”, aldus Hoefsloot.
Volgens Fatima Faïd, gemeenteraadslid van de HSP, is het belangrijk om de geschiedenis in zijn geheel te vertellen. “In een superdiverse stad is de geschiedenis incompleet als we het slavernijverleden van Den Haag niet vertellen en een plek geven in onze stad”, aldus Faïd.
Voor Nur Icar, fractievertegenwoordiger Islam Democraten, ligt de nadruk op de inclusieve samenleving. “Erkenning, acceptatie van en formele excuses voor ons slavernijverleden is een eerste noodzakelijke stap naar een inclusieve samenleving. Groei gaat gepaard met confrontatie en erkenning van leed. Geen inclusie zonder erkenning van een gedeelde geschiedenis.”
CDA-fractievoorzitter Kavish Partiman heeft de wonden van het koloniaal verleden van dichtbij meegemaakt. “Geboren en opgegroeid in de voormalig Nederlandse kolonie Suriname, heb ik van dichtbij meegemaakt hoe diep de wonden zijn van het koloniaal verleden. Erkenning is een mooie stap om tot verzoening over te gaan. Ik ben trots dat we dit nu ook in Den Haag realiseren.”
Een voorstel van Serpil Ates (GroenLinks) leidde eerder tot een advies dat Den Haag een monument, herdenking en meer lesmateriaal over het slavernijverleden moet krijgen. Ates, “Het is nu tijd dat deze voornemens om worden gezet in actie. We moeten onze koloniale geschiedenis erkennen en letterlijk een plek geven in de stad.”
Het voorstel zal vóór 1 juli, de dag van de herdenking van afschaffing van slavernij, aangeboden worden op een prominente plek in de hofstad aan de desbetreffende wethouder(s). Dit zal waarschijnlijk de Lange Voorhout worden, omdat deze mooie laan veel schakel heeft met het slavernijverleden van onze stad. Op het Lange Voorhout zijn er veel gebouwen die in het bezit waren van slavenhandelaren en plantagehouders. Ook werden de eerste Nederlandse bijeenkomsten over de afschaffing van slavernij gehouden in theater Diligentia.
Wil je het volledige voorstel lezen? Klik dan hier: Initiatiefvoorstel – Het Haags Koloniaal- en Slavernijverleden