Vandaag debatteerde de gemeenteraad over het verloop van de demonstraties van Extinction Rebellion en Farmers Defense Force op 11 maart. Het is in korte tijd de derde keer dat de gemeenteraad debatteert over demonstraties, en laat ik daar helder over zijn: wat mij betreft debatteren we iedere maand over het waarborgen van het recht op demonstratie als dat nodig is. Er staat namelijk nogal wat op het spel.
Veranderende tijden, veranderende demonstraties
Vanochtend nog publiceerden onderzoeksplatform Investico, Trouw en de Groene Amsterdammer een onderzoek naar het demonstratierecht dat onder druk staat: “De sfeer tussen demonstrant en autoriteiten verhardt. De politie arresteert en slaat vaker, burgemeesters leggen striktere regels op en demonstranten worden nauwlettend gevolgd.” Het onderzoek laat ook zien dat het aantal demonstraties de afgelopen jaren toeneemt, net als het aantal acties waar burgelijke ongehoorzaamheid onderdeel van is.
Het zijn maatschappelijk woelige tijden, en het is duidelijk dat de overheid – in dit geval burgermeesters, politie en het OM – zoekende is hoe om te gaan met de veranderende aard van demonstraties. Met een paar duizend man op het Malieveld staan is niet meer genoeg: van links tot rechts kiezen actiegroepen ervoor om hun onvrede op een andere manier te laten blijken.
Demonstratiehoofdstad Den Haag
Daardoor is Den Haag als demonstratiehoofdstad, en daarmee de Haagse gemeenteraad, bij uitstek de plek waar we er heel scherp op moeten zijn dat het recht op demonstratie wordt gewaarborgd. Want dit debat reikt verder dan ‘klimaatactivisten zijn stom/leuk’ en ‘boerendemonstranten zijn stom/leuk’. In zekere zin is Den Haag nu, met de recente grote demonstraties, dé ’testcase’ hoe we demonstratierecht blijven waarborgen in veranderende tijden. In onze stad, maar ook in het hele land. Dat maakt een blijvend debat hierover extra belangrijk.
Waterkanonnen en dataverzameling
Daarom staat voor de Haagse PvdA voorop dat de overheid zorgvuldig moet omgaan met het geweldsmonopolie, zo licht mogelijk ingrijpt bij een demonstratie (als ingrijpen al nodig is), en op voorhand zo licht mogelijke beperkingen oplegt. Daarom heb ik – net als veel andere partijen – vragen gesteld over de inzet van waterkanonnen bij de demonstratie van Extinction Rebellion bij de A12, specifiek ook waarom de waterkanonnen ook gericht werden op demonstranten die niet de weg blokkeerden, maar aan de rand van het Haagse Bos stonden.
Iedereen moet zich vrij blijven voelen om zijn mening te uiten. Niet voor niets vroeg ik daarom al eerder aandacht voor de preventieve arrestaties van klimaatactivisten, in navolging van organisaties als Amnesty International en het College voor de Rechten van de Mens. Terecht wijzen zij op het afschrikwekkende en verlammende effect (ook wel chilling effect) van arrestaties op voorhand.
Hetzelfde geldt voor gegevensverzameling van demonstranten door de politie. Twee weken geleden bleek uit onderzoek dat de politie op grote schaal en veelvuldig gegevens opvraagt van demonstranten (ook van demonstranten die nooit zijn gearresteerd, en zelfs van hun familieleden) via de Basisregistratie Personen. “Als je de hele tijd in de gaten wordt gehouden, kun je niet meer vrij demonstreren”, zei Bart Schermer, hoogleraar privacy en cybercrime aan de Universiteit van Leiden hierover in Trouw. Daarom heb ik namens de PvdA gevraagd of en hoe we hier als gemeente paal en perk aan kunnen stellen.
Tijden veranderen, mensenrechten niet
Het is een grote verantwoordelijkheid voor ons als Haagse raad om het recht op demonstratie in deze woelige tijden te waarborgen en de burgemeester te blijven bevragen op keuzes die zijn gemaakt. Want tijden mogen dan veranderen, mensenrechten veranderen niet. Daar moeten we pal voor blijven staan.