Hagenaars en Hagenezen hebben recht op een lokale gratis wijkkrant, vindt ons raadslid Bülent. Sinds twee maanden krijgen de meeste inwoners van Den Haag deze echter niet meer. Daarom vraagt Bülent het stadsbestuur om een manier te vinden om die lokale gratis wijkkrant terug te krijgen.
Stadskrant is belangrijk
“Bewoners van Den Haag moeten weten wat er in hun stad aan de hand is. Ze moeten ook de gemeenteraadsleden en wethouders kunnen controleren op wat zij doen in het belang van democratie. Dat kan natuurlijk met nieuws online of een betaalde stadskrant, maar niet iedereen heeft daar de portemonnee voor of weet online het nieuws te vinden. Bovendien selecteren algoritmes online zo het nieuws dat niet iedere bewoner alles te zien krijgt. Daarom is een gratis stadskrant zo belangrijk,” aldus Bülent.
Lokale kranten stimuleren
Tot oktober verspreidde de Posthoorn in vele wijken in Den Haag een wekelijkse stadskrant. Nu is dat voor die wijken – behalve Loosduinen – nog maar tweewekelijks. Ook maken sommige wijkbewoners gratis wijkkrantjes, maar het hangt van de wijk af in hoeverre deze verspreid worden. Het gemeentebestuur geeft geen directe subsidie voor lokale geschreven papieren media; wel voor radio, tv en online. De PvdA roept het stadsbestuur dan ook op om bij het promoten en geven van subsidie voor media de behoefte aan lokale kranten mee te nemen. “Ook lijkt het ons goed om te praten met de uitgeverijen van gratis lokale kranten zoals de Posthoorn en de Scheveninger om te kijken wat zij nodig hebben om wekelijks hun krant uit te geven. Misschien kan het stadsbestuur daarbij helpen,” aldus Bülent.
Lokale radio en TV
Deze schriftelijke vragen stelt Bülent op een moment dat de gemeenteraad ook moet beslissen over de aanbieder van de lokale radio en TV. “Twee partijen zeggen nu de lokale radio en TV voor Den Haag aan te willen bieden. Het bestuur en de gemeenteraad praten veel met die partijen. Daarin kunnen we dan ook vragen in hoeverre zij bereid zijn om hun nieuws ook via papieren geschreven media te verspreiden en wat ze daarvoor nodig hebben.”
