Eén jaar Wmo in Den Haag: tijd voor een tussenbalans
Vandaag sprak de raadscommissie over de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo). Sinds vorig jaar is de gemeente verantwoordelijk voor een deel van de zorg, waaronder huishoudelijke hulp en dagbesteding. We zien dat zorgprofessionals en ambtenaren afgelopen jaar hard gewerkt hebben om de veranderingen succesvol te laten verlopen: hulde daarvoor! Nu er zoveel verandert blijft het zaak om het beleid kritisch te volgen en zo nodig bij te schaven. Want zorg moet laagdrempelig en toegankelijk zijn voor alle Hagenaars en niemand mag tussen wal en schip vallen. Daarover ging dan ook de inbreng van fractievertegenwoordiger Marije Talstra.
Laagdrempelig en toegankelijke zorg
Als Hagenaars hulp nodig hebben, dan kunnen ze de gemeente bellen, langs gaan bij een Servicepunt of zelf een formulier op de website invullen. Dit formulier moet beter, want het is nu erg lang, ingewikkeld en werkt niet altijd. Dit mag geen belemmering zijn voor mensen om zorg te vragen. De wethouder heeft aangegeven dat er in april en voor de zomer nieuwe versies van het formulier komen waarin een van de problemen is opgelost. Ook maken we ons zorgen om de 55.000 laaggeletterden in Den Haag en mensen met een taalachterstand. Hoe worden deze mensen nu wel bereikt? De wethouder zei dat er een app wordt ontwikkeld waarmee tekst in brieven aan de hand van een foto wordt voorgelezen. Wij vragen ons af of dit voldoende is, en of er ook niet met met bijvoorbeeld pictogrammen gewerkt kan worden. Daarnaast daalt het aantal meldingen bij het Meldpunt ‘Tussen Wal en Schip’ voor mensen die in de problemen komen omdat er niet de juiste zorg of ondersteuning is geregeld. Dit lijkt goed nieuws, maar we krijgen ook signalen dat dit meldpunt niet bekend is bij heel veel mensen en organisaties.
Servicepunten in de buurt
We zijn blij dat de wethouder de kwaliteit van de Servicepunten in de stad goed in de gaten houdt. Bij een Servicepunt kunnen Hagenaars terecht met vragen over zorg en vrijwilligerswerk. Uit rapporten bleek dat de kleine Servicepunten, bijvoorbeeld in bibliotheken, niet goed functioneerden. Deze zijn daarom gesloten. Daar tegenover staat dat er een aantal nieuwe Servicepunten XL worden geopend. Heel goed, maar het moet wel zo zijn dat alle Hagenaars, zoals afgesproken, niet verder dan 1,5 km van een Servicepunt vandaan wonen.
Vroegtijdig signaleren in de dagbesteding
Sinds vorig jaar zijn sommige vormen van dagbesteding een algemene voorziening. Dit betekent dat bijvoorbeeld ouderen die naar een koffieochtend of een spelletjesmiddag willen, geen speciale indicatie meer nodig hebben. Heel goed dat hierdoor deze dagbesteding laagdrempelig is, maar uit onderzoek van adviesbureau Berenschot blijkt ook dat deze mensen daardoor niet meer geregistreerd worden en uit beeld van de gemeente raken. Vroegtijdige signalering van problemen is juist heel belangrijk bij deze groep, dus we hebben de wethouder gevraagd hoe ervoor gezorgd kan worden dat deze mensen in beeld blijven.
Eigen bijdrage
Er is de afgelopen tijd in het land veel te doen geweest om de eigen bijdrages die mensen moeten betalen als ze gebruik maken van Wmo voorzieningen. Wij vinden het belangrijk dat voor iedereen de zorg betaalbaar blijft en dat mensen niet afhaken door de hoge kosten. Er zijn een aantal groepen waar we ons zorgen om maken. Mensen met een laag inkomen (tot 130% van de bijstandsnorm) kunnen zich aanmelden voor de gemeentelijke zorgverzekering waardoor alle kosten, ook de eigen bijdrage, zijn gedekt. Maar hoe zit het met de eigen bijdrage voor mensen die geen gemeentelijke zorgverzekering hebben, maar wel een laag inkomen? Bijvoorbeeld omdat ze toch zelf een verzekering hebben geregeld vanwege specifieke medicatie, of omdat ze net boven de 130% van het bijstandsniveau verdienen?
Huishoudelijke Hulp Toelage
In 2015 kreeg de gemeente € 1,5 miljoen extra van het Rijk om banen voor mensen die werken in de huishoudelijke hulp te behouden. Den Haag gebruikt dit geld voor waardebonnen waarmee mantelzorgers voor weinig geld huishoudelijke hulp kunnen inkopen. In de praktijk blijkt dat hier nauwelijks gebruik van wordt gemaakt. Daarom hebben we aan de wethouder gevraagd om te kijken of er andere manieren zijn om dit geld nuttig te besteden, bijvoorbeeld door de doelgroepen die hier gebruik van kunnen maken uit te breiden. De wethouder heeft aangegeven hier naar te gaan kijken.