Vandaag debatteerde de gemeenteraad over het verhogen van het minimumloon naar €14, ook voor mensen die werken in opdracht van de gemeente. Denk aan mensen die werken in het groenonderhoud, de thuishulp, chauffeurs op de taxibus en andere mensen die indirect voor de gemeente werken, bijvoorbeeld via een aanbesteding. In december stelde raadslid Janneke Holman met de SP, GroenLinks en de Haagse Stadspartij vragen aan het college over het verhogen van het minimumloon.
Juist nu een hoger minimumloon nodig
Het minimumloon is nu simpelweg te laag om van rond te komen. Zeker nu alles duurder wordt, van boodschappen tot de energierekening. Daarom moet Den Haag het goede voorbeeld geven, net als gemeenten als Heerlen en Utrecht nu ook al proberen te doen. Ook maakt de krapte op de arbeidsmarkt een goede beloning voor werk belangrijk. Nu er nauwelijks nog personeel te vinden is, is het belangrijk dat cruciale beroepen aantrekkelijk blijven.
Kijken naar wat wél kan
De antwoorden van de wethouder op de schriftelijke vragen waren weinig hoopvol. Daarom debatteerde de raad hier vandaag over. “De wethouder zei dat het college eigenlijk niet weet hoeveel mensen indirect voor de gemeente werken en minder dan €14 verdienen. Maar dat ze wél zeker weet dat ze het niet kunnen verhogen. Dat stelt me teleur,” zei Janneke in het debat. Daarom riep ze de wethouder op om te kijken wat wél mogelijk is.
De wethouder zei dat de gemeente nu weinig mag en kan doen om het minimumloon te verhogen. Vorige maand stemde de Tweede Kamer voor een motie van kamerlid Barbara Kathmann om gemeenten meer mogelijkheden te geven om een hoger minimumloon af te dwingen bij een aanbesteding. De wethouder zei te wachten totdat actie is ondernomen naar aanleiding van die motie. Ondertussen kijkt Janneke samen met andere partijen welke stappen we ondertussen in Den Haag tóch kunnen zetten.